"Haat jij god?" is iets wat religieuzen geregeld aan atheïsten vragen. Voor een atheïst een beetje een vreemde vraag, waar een duidelijk antwoord voor is, maar dat antwoord komt volgens mij niet altijd aan bij een gelovige. Toch geef ik het duidelijke antwoord graag even weer, maar wil ik vooral ook ingaan op wat er mogelijk achter die vraag ligt. Het antwoord wat een atheïst hier op heeft is:
Hoe kan ik iemand haten, waarin ik niet geloof? Iemand haten, impliceert dat je die persoon kent, en een hekel hebt aan die persoon, maar als atheïst geloof ik niet in het bestaan van een god, en heb ook geen enkele reden om deze niet bestaande persoon/god te haten.
Dit antwoord lijkt mij duidelijk, maar ik vraag mij af of dit bij een religieuze wel altijd aankomt? Is het niet zo, dat religieuzen het eigenlijk meer als een retorische vraag zien? Dat men eigenlijk stelt, dat jij god haat, en daarom niet in hem wilt geloven?
Ik denk dat ik daar een juiste conclusie trek, er wordt dan ook wel eens gezegd dat iemand zich 'afgekeerd heeft van god'. Maar daar heeft de religieuze het bij het verkeerde eind. Voor mij persoonlijk geldt dat ik religieus opgevoed ben, en dat ik in de christelijke God geloofde toen ik jong was. Daarna heb ik een lange tijd getwijfeld en was ik meer agnostisch ingesteld, of meer een ietsist, waarbij dat iets erg veel op de God uit de bijbel leek, maar zonder de hocuspocus van de kerk, en met de bijbel gestript van alle kwaadaardigheid, al kwam ik daar pas achter toen ik atheïst was, want ik wist daarvoor eigenlijk niet hoe kwaadaardig dat boek eigenlijk was.
Pas veel later kwam ik er echt achter dat er niets was, geen godheid en geen hemel. De hel daar geloofde ik al niet in, want ik dacht dat als de goede God zou bestaan, zoals ik dat geloofde, dat de hel daarbij niet kon bestaan. Ook dacht ik dat die God je op jou daden zou beoordelen, niet op het wel of niet uitvoeren van hocuspocus rituelen. Maar goed, op een gegeven moment, zeker als je naar de realiteit kijkt, dan zie je dat de in je eigen hoofd verzonnen godheid al zoveel van de oorspronkelijke god afwijkt, dat dit niet dezelfde god is, maar dat dit een eigen verzinsel is. Je ziet dan dat de realiteit anders is dan de waan van de godheid die je zelf verzonnen hebt, of van de godheid uit het boekje.
Het is dus niet het afkeren van een god, maar het is de godheid die in het niets verdwijnt. Het gedachtespinsel dat de god was, is opgelost in de ratio van de realiteit. Het is niet eens een keuze, het is op een gegeven moment gewoon niet meer mogelijk om te geloven in een god. Het beste kan dat vergeleken worden met het verliezen van het geloof in sinterklaas of de kerstman, je kan er daarna niet meer omheen, je kan er daarna niet meer in geloven, ook al zou je dat willen. Ik denk dat dit de beste uitleg is, over verliezen in het geloof in een godheid. Het verliezen van het geloof in een godheid, is net zoiets als het verliezen van het geloof in sinterklaas.
Maar religieuzen denken graag dat het komt omdat je god haat, of boos op hem bent, of teleurgesteld in hem bent. Dat kan natuurlijk allemaal, maar dan geloof je wel in die god, want je kan niet teleurgesteld zijn in iets waarvan je weet dat het niet bestaat. Sommige zullen misschien teleurgesteld zijn dat die godheid niet bestaat en dat er geen hemel is, maar dat is niet hetzelfde als teleurgesteld zijn in een god. Zelf vind ik het heel bevrijdend om de realiteit onder ogen te zien. Het leven is belangrijk, en ook hoe je leeft. Het hier en nu is belangrijk, stel het niet uit om te leven, omdat je hoopt dat er daarna nog iets is, en dat het dan mooier wordt. Natuurlijk kan het hard zijn, want het leven is soms hard, maar je moet doorgaan, want 'this is it'. Ik vind dat een heel krachtige gedachte.
Religieuzen willen daar vaak niet aan. Nee, je bent van je geloof afgevallen omdat je boos op god bent, is het vaak. Zo kwam ik dat laatst ook tegen in Adieu God met Arjen Lubach. "Was je boos op god?", bijna precies op 8 minuten in de aflevering. Die Van den Brink zat er toch een aantal keer naar te leuren, want religieuzen vinden dat blijkbaar een prettiger idee, dat het verlies van het geloof door verdriet komt, dan het idee dat mensen er gewoon achter komen dat het hele geloof nergens op slaat.
Het religieuze scenario van god haten, en daarom van hem afkeren, en hierdoor het geloof verliezen, dat is net een scenario van de vele Hollywood films over de kerstman. Het kind krijgt niet het cadeau van de kerstman dat deze gevraagd heeft, is boos en teleurgesteld in de kerstman, en verliest daardoor het geloof in de kerstman. In de film komt de volwassen geworden persoon er dan op een gegeven moment achter dat de kerstman wel bestaat, en deze krijgt soms nog het cadeau wat deze ooit wenste, in ieder geval werd iedereen blij en gelukkig, The End. En dat scenario, dat verwachten de religieuzen ook te zien bij atheïsten. Vandaar de vele vragen of je boos of teleurgesteld bent in de godheid, of de vraag of je god haat. Maar ja, film is fictie, net zoals religie fictie is. Dat een volwassen persoon weer in sinterklaas of de kerstman gaat geloven is uitgesloten, net zoals een atheïst nooit meer in een god kan geloven.